top of page

Collectieplan Stichting Gaby Bovelander

Doelstelling

Het doel van het collectieplan is een overzicht te bieden van de omvang en samenstelling van de collectie. Daaronder valt het beleid ten aanzien van het beschrijven van de collectie en dat beleid uit te werken tot concrete actiepunten. Het collectieplan is van belang om te komen tot een samenstelling van een kerncollectie, maar biedt ook inzicht in wat de stichting beoogt met de collectie voor een externe doelgroep. Deze externe doelgroep kan bestaan uit bruikleenaanvragers, musea, galerieën, erflaters, schenkers, financiers en donateurs.

Dit collectieplan bestaat uit de volgende onderdelen:

  • De collectie op hoofdlijnen, met als uitgangspunt de verschillende periodes van de kunstenaar (CV en beschrijving van de periodes).

  • De collectiebeschrijving: van de werken die zich nu in de ateliers van de beeldend kunstenaar bevinden.

  • De werkwijze om te komen tot een kerncollectie.

  • De collectieregistratie en -documentatie.

  • Behoud en beheer van de collectie.

  • Gebruik van de collectie, in samenwerking met de kunstenaar.

  • Actiepunten.

De collectie op hoofdlijnen

Het werk van Gaby Bovelander omvat meerdere disciplines en stijlen. In 1948 startte zij aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Arnhem op de afdeling beeldhouwen bij Gijsbert Jan Jacobs van den Hof. Daarna gaat ze naar de afdeling monumentale kunst en glas-in-lood waar zij afstudeert bij Wim van Woerkom en Dick Broos.

Zij ontwikkelt zich veelzijdig, niet alleen in de monumentale kunst, maar ook vanaf midden jaren vijftig start haar schilderscarrière. Zij maakte magisch realistische schilderijen, gevolgd door een periode van lyrische abstractie. De laatste jaren tekent ze met behulp van computerprogramma’s en maakt digitale kunst.

Ook ontwierp ze diverse beelden en zijn in Apeldoorn diverse sgraffitos, wandschilderingen, tapijtontwerpen en glas-in-lood ramen van haar te zien. Hoogtepunt van haar monumentale werk is de bewegwijzering over twintig verdiepingen van het Erasmusgebouw van de Universiteit van Nijmegen.

Aan de hand van diverse publicaties en informatie van de kunstenaar zelf zal de collectie op hoofdlijnen worden beschreven.

De collectiebeschrijving

De omschrijving van de (collectie gerelateerde) activiteiten van de stichting, waarbij te denken valt aan verzamelen, bewaren, tentoonstellen, behouden, beheren, onderzoeken en informeren.

In dit collectieplan komt de omvang van de collectie te staan: de hoeveelheid objecten. Op sommige onderdelen is niet precies aan te geven uit hoeveel objecten een collectie bestaat, denk hierbij aan de schetsen. Belangrijke stap is het registreren van de werken van de totale collectie, waarbij de voorkeur wordt gegeven aan het indelen in deelcollecties. Een deelcollectie is een cluster objecten binnen een collectie die onderlinge samenhang vertoont, bijvoorbeeld wat betreft thema, chronologie, materiaalsoort, etc.

Daarbij valt te denken aan:

  • Monumentaal werk

  • Glas-in-lood

  • Het onderverdelen van de diverse periodes / stijlen in de schilderkunst

  • De schetsen, zowel gepubliceerd (in het Parool), als het voorbereidend schetsen voor het beeldende werk wat is uitgevoerd.

  • De beelden (objecten).

  • Ontwerpen (denk hierbij aan de diverse ontwerpen zoals voor de Centrale Bibliotheek Gelderland).

  • Digitale kunst.

Kerncollectie

De kerncollectie: het deel van de collectie dat gezichtsbepalend is. Naast het materiële deel, bestaande uit de kunstwerken, wordt ook een inventarisatie gemaakt van publicaties, uitnodigingen en is het ook van belang aandacht te schenken aan een immaterieel deel, bestaande uit interviews of andere mondelinge overlevering. Het zou een optie kunnen zijn om de kunstenaar te interviewen over periodes in haar leven, die invloed hebben gehad op het beeldend werk.

Bij het bepalen van de kerncollectie zijn de volgende vragen belangrijk:

  • Welke (delen van) collectie zijn onmisbaar of van groot belang.

  • Welke (delen van) collectie passen het best in het profiel van de kunstenaar.

  • Welke (delen van) collecties worden ook nu nog getoond?

Aangezien het uitvoeren hiervan een complexe aangelegenheid is, is het bestuur voornemens om een kunsthistoricus te vragen haar te adviseren om te komen tot een goede kerncollectie. De eerste stappen daarvoor zijn inmiddels gezet.

De collectie zal zeker ook objecten bevatten waarvan de stichting vindt dat deze eigenlijk niet (meer) in de collectie thuishoren. Dat betekent dat in het collectieplan ook moet worden opgenomen hoe de collectie moet worden opgeschoond. Daartoe moeten selectiecriteria worden opgesteld op basis waarvan de selectie kan plaatsvinden. Dan wordt ook duidelijk welke werken niet in de kerncollectie passen.

Criteria die een rol kunnen spelen bij selectie zijn de mate waarin een object culturele waarde heeft,

fysieke staat, de ruimte om de werken op te slaan en de beschikbaarheid van vergelijkbare objecten elders (verkochte werken die zich bevinden in particuliere verzamelingen). Nadat een selectie van af te stoten objecten is gemaakt moet worden bekeken welke vorm van afstoting het meest geëigend is: schenking, ruil, verkoop of vernietiging. Afstoten dient zorgvuldig te gebeuren.

Collectieregistratie en -documentatie

Goede collectieregistratie en -documentatie is ook de basis van dit collectieplan. Per object moet worden aangegeven welke gegevens moeten worden vastgelegd.

In eerste instantie heeft de stichting een start gemaakt met het vastleggen van:

  • Het objectnummer (oud en nieuwe nummers) (deze mogen geen zichtbare beschadigingen aan het werk aanbrengen, maar wel goed zichtbaar zijn).

  • De naam van het object (schilderij, beeld, digitale kunst, etc.)

  • Korte fysieke beschrijving (formaat, materiaal, techniek, eventuele beschadigingen, etc.)

  • Standplaats (waar is het werk nu opgeborgen als het gaat om de ateliers van de kunstenaar). Ook kan hier vermeld worden welke werken verkocht zijn, in welke verzameling de objecten zich bevinden, etc.

  • Afbeelding van het werk indien mogelijk.

Bij het onderdeel documentatie behoren ook catalogi en andere gedrukte publicaties, restauratieverslagen, archief-, (educatief) en beeldmateriaal. De collectiedocumentatie is van groot belang bij het bepalen van de culturele waarde van een object of deelcollectie.

De stichting is ook voornemens een vervolg te geven aan het vervaardigen van digitale afbeeldingen en publieksgerichte objectinformatie, ten behoeve van presentaties op het internet.

Behoud en beheer van de collectie

Dit onderdeel bestaat uit twee delen, namelijk preventieve conservering en actieve conservering en restauratie.

Onder preventieve conservering vallen alle activiteiten en procedures om het behoud van de collectie te garanderen, zonder de objecten zelf te behandelen. Preventieve conservering is gericht op het scheppen van een zo goed mogelijke omgeving voor het bewaren en exposeren van objecten.

Daartoe worden alle werken die zich in de beide ateliers van de kunstenaar bevinden opnieuw bekeken, gefotografeerd en wordt de conditie vastgelegd. Tevens worden de werken, indien nodig, opnieuw verpakt.

Actieve conservering is het geheel van maatregelen dat erop gericht is de toestand van het object te consolideren, geconstateerd verval tegen te gaan of aanstaand verval te voorkomen. Restauratie is het geheel van handelingen en het daaraan voorafgaand onderzoek om een beschadigd of gedeeltelijk verloren gegaan object in de ‘oude staat’ terug te brengen.

Voor het vaststellen van de conditie van de (deel)collecties is de kennis van een deskundig restaurator nodig. Ook dient, in samenwerking met de kunsthistoricus, een overzicht gemaakt te worden welke werken uit de kerncollectie in aanmerking komen voor restauratie. Restauratie kan ook ‘uitgesteld’ worden totdat de collectie is overgedragen aan een museum. Wel is het van belang om dan vast te leggen dat de restauratie wordt uitgevoerd.

Gebruik van de collectie

Het presenteren van de collectie is een vorm van gebruik. De stichting is voornemens om de kunstenaar in het organiseren van tentoonstellingen van het werk in de toekomst te ondersteunen in de ruimste zin van het woord.

Daarbij hoort ook het formuleren van beleid ten aanzien van het uit- en inlenen van objecten (bruikleenverkeer) en verkoop van het beeldend werk via de webshop op de website van de stichting. Voor het in bruikleen geven van werken is inmiddels een bruikleencontract opgesteld.

Het plan wordt nog aangevuld met gegevens omtrent de werkperioden van Gaby.

Er wordt gewerkt aan het samenstellen van een kerncollectie.

Vastgesteld op 20 november 2017.

Comments


bottom of page